Overslaan en naar de inhoud gaan

Clostridium difficile

Adviezen

≥ 18 jaar

Indicaties: Eerste episode ongecompliceerde CDI

Prioriteit Medicatie Opmerking
Medicatie:

vancomycine po 250mg 4dd 10 dagen

Opmerking:

SWAB remarks

Eerste ongecompliceerde CDI bij niet-ambulante patiënt

Medicatie:

fidaxomicine po 200mg 2dd 10 dagen

Opmerking:

SWAB remarks

Kwetsbare patiënt * (zie onder) of gelijktijdig gebruik andere antibiotica

Medicatie:

metronidazol po 500mg 3dd 10 dagen

Opmerking:

SWAB remarks

Aleen ambulante, niet kwetsbare patiënt

≥ 18 jaar

Indicaties: Ernstige, ernstig-gecompliceerde, of therapie-refractaire CDI

Prioriteit Medicatie Opmerking
Medicatie:

vancomycine po 250mg 4dd 10 dagen

Medicatie:

vancomycine po min. 250/max. 500mg 4dd

Opmerking:

SWAB remarks

Als orale behandeling niet mogelijk is: vancomycine infuusvloeistof per duodenumsonde (250 mg) en/of clysma (500 mg)

Medicatie:

metronidazol iv 500mg 3dd

of

tigecycline iv oplaaddosis 100mg, 50mg 2dd

Opmerking:

SWAB remarks

Wanneer het onzeker is of oraal gegeven therapie het colon kan bereiken, bijvoorbeeld bij ileus

Algemene opmerkingen

Stop zo mogelijk verantwoordelijk antibioticum, en isoleer patiënt..

* Kwetsbare patiëntengroepen waarvoor een recidief CDI ernstig ziekmakende of anderszins ontwrichtende consequenties kan hebben:
1. Patiënten die een intensief medisch traject doorlopen (b.v. hemodialyse, (geplande) chemotherapie). 
2. Immuungecompromitteerde personen. 
3. Langdurige opname of verblijf in een verpleegtehuis.

Ernstige CDI: Een infectie wordt als ‘ernstige CDI’ bestempeld als er naast diarree ook systemische verschijnselen optreden. Deze verschijnselen kunnen bestaan uit: koorts (kernlichaamstemperatuur >38°C), significante leukocytose (>15 × 109/l), en een stijging van het serum creatinine (>50% boven de uitgangswaarde). Andere tekenen van ernstige CDI zijn: uitzetting van de dikke darm bij beeldvormend onderzoek, peri-colonische vetinfiltratie, en wandverdikking van het colon. 

Ernstig-gecompliceerde of fulminante CDI: Deze ziektetoestand wordt gedefinieerd door de aanwezigheid van één van de volgende tekenen van ziekte die aan CDI moeten kunnen worden toegeschreven: hypotensie, septische shock, een verhoogde serum lactaatconcentratie, ileus, toxisch megacolon, darmperforatie of een snelle verslechtering van de patiënt (fulminant beloop). 

Therapie-refractaire CDI: Ernstige of ernstig-gecompliceerde CDI die na 3-5 dagen van geadviseerde anti-CDI antibiotische therapie klinisch niet verbetert.

Voor adviezen m.b.t. eventuele faecestransplantatie en beleid rondom chirurgie zie SWAB richtlijn Acute diarree.

- Indien na behandeling met metronidazol, vanocmycine en fidaxomycine er nog steeds sprake is van een Clostridium infectie dan kan faecestransplantatie aangewezen zijn. Overleg met arts-microbioloog of internist-infectioloog voor deze behandeling. (Faeces kan verkregen worden via de Faecesbank van het LUMC). 

Bronnen

TDM Alert
Antimicrobiële middelen

De volgende antimicrobiele middelen zijn verwerkt in deze adviezen:

Externe referenties
Categorie
Metadata

Swab vid: G-7939.4
Bijgewerkt: 11/20/2023 - 11:34
Status: Published